Het prisoners dilemma: uitverkopen ja of nee?
De Tweede Kamer heeft de regering op 14 april gevraagd maatregelen te nemen om de zelfstandige winkelier te beschermen. Zou dat in de vorm van een Wet op de Uitverkopen kunnen zijn of zijn andere mechanismen denkbaar? Het is geen nieuwe discussie natuurlijk. En hoe zit het met de internationale productieketen?
Modint, FGHS en INretail hebben op 7 april gezamenlijk suggesties gedaan aan leveranciers en retailers om de pijn, die de uitbraak van het Coronavirus voor bedrijven veroorzaakt, te verdelen en hopelijk tot goede oplossingen te komen. Zij wezen daarbij op de liquiditeit die door vraaguitval niet uit de winkels terug in de keten kan stromen. Ook wezen zij op overheidsmaatregelen die tot nu toe te weinig soelaas voor seizoensgebonden bedrijven bieden.
Gezonde prijzen
Het gezamenlijk doel in de sector moet een gezonde continuïteit op lange termijn zijn. Maatregelen die getroffen worden door de overheid of binnen de sector moeten daarom in gezamenlijkheid en niet geïsoleerd worden beoordeeld. Dit geldt voor de NOW regeling die verlengd zou moeten worden om seizoensgebonden bedrijven ook naar het eind van het jaar toe lucht te geven, nu de orders voor de winter en volgend voorjaar teruglopen. Kredietfaciliteiten van banken moeten de geldnood op korte termijn oplossen, maar de bedrijven ook de gelegenheid geven op adem te komen en op langere termijn te investeren in hun toekomst. Een toekomst, dat zal iedereen inzien, die er anders uit zal zien dan de situatie die we nu kennen. Regulering van uitverkopen, in welke vorm ook, kan alleen werken wanneer partijen elkaar op de langere termijn kunnen vertrouwen en in hun keten kunnen samenwerken.
Met name zelfstandige modemerken en de zelfstandige winkeliers komen in de knel nu de consument de winkels mijdt. Modint ondersteunt een sterke roep vanuit deze bedrijven om een mechanisme om de prijzen in de sector gezond te houden. Er heerst de angst dat grote partijen, bijvoorbeeld gedreven door eisen van financiers, nieuwe collecties al vroegtijdig gaan uitverkopen. Ook voorspelt men dat uitverkoop een heel ongezond domino-effect zal geven: de kleding- en textiel ketens zijn internationaal en bestaan uit vele partijen die elkaar allemaal tot een race naar de bodem kunnen gaan dwingen. Deze race naar de bodem heeft niet alleen consequenties voor de winkels hier, maar juist ook voor de duizenden bedrijven en werknemers die in binnen en buitenland grondstoffen, textiel en kleding maken en verhandelen. Dat zijn niet alleen bedrijven die modemerken leveren, maar ook bedrijven die garens en stoffen produceren, private labels ontwikkelen, bedrijfskleding, tapijt en technische textiel maken, naast gordijnen, bed- en huishoudtextiel, en ander textiel in vele, vele andere artikelen verwerken.
Alleen al in Nederland zijn 14.000 bedrijven ingeschreven die textiel, kleding of schoenen maken of als agent of groothandel verhandelen. 4000 van deze bedrijven hebben meerdere werknemers in dienst, in totaal naar schatting 68.000 mensen. Daarnaast werken er duizenden mensen als dienstverleners voor deze branches. Denk aan ontwerpers, modellen, mensen in de sfeer van evenementen en pr, automatiseerders, logistieke dienstverleners en vele anderen. Deze aantallen zijn exclusief de duizenden bedrijven en mensen die in de kleding-, (interieur)textiel-, sport- en schoenenwinkels werken.
Solidair met productielanden
De textiel en kledingbedrijven houden internationaal weer tientallen duizenden mensen aan het werk in landen waar textiel, kleding en schoenen worden gemaakt. Slechts een klein deel wordt in de EU gemaakt, het allermeeste in Azië en in landen dichterbij Europa als Turkije. Modint roept daarom op en sluit zich aan bij de standpunten van organisaties als International Apparel Federation (IAF) en diverse multistakeholder organisaties zoals het Convenant of Fair Wair Foundation om solidair te zijn met de mensen die onze kleding maken in de productielanden. Vraaguitval en uitverkoop in Nederland betekent grote armoede daar. Afgelopen week was Modint-voorzitter en tevens IAF-voorzitter Han Bekke rondom dit onderwerp te zien in het NOS-Journaal.
In dit verband past ook een oproep aan de consument: een koopje is leuk maar in deze crisis betekenen koopjes de ondergang van een halve sector of erger. Tegelijk moeten we erop wijzen dat regulering van de uitverkoop heel lastig te handhaven zal zijn, zeker online en internationaal zal moeten werken. Het uitvaardigen van een wet duurt (te) lang. En een oproep aan bedrijven: beperkt de kortingen tot 1 juli tot maximaal 20%. Dit geeft voldoende ruimte om aanbiedingen te doen, zonder dat het hele verdienmodel in de branche die het al zo moeilijk heeft, omver wordt getrokken.
De eerder genoemde organisaties deden suggesties aan marktpartijen in de mode om met elkaar in gesprek te blijven over kortingen op inkoopprijzen. Daartegenover moet staan dat orders niet geannuleerd worden, dat nieuwe collecties niet tegen korting in de winkels verkocht moeten worden en dat men gezamenlijk moet kijken welke leveringen overgeslagen of welke voorraden weggelegd kunnen worden tot latere perioden.
Daarnaast zal men het bestaande businessmodel moeten herijken en bijvoorbeeld naar andere indelingen van seizoenen en levermomenten moeten kijken. Meer uitwisseling van data wordt al lang besproken in de branche, naast meer gebruik van online mogelijkheden bij inkoop en verkoop. Voorraadrisico’s, kosten en marges kunnen anders tussen partijen worden verdeeld waardoor men minder afhankelijk wordt van het klassieke wholesale systeem van voorordering en voorfinanciering waardoor teveel geld vastzit in een voorraad. Ontdek hier creatieve suggesties voor nu en met een blik op de toekomst.
Tegelijk moet men kijken naar alle investeringen die in innovaties en MVO zijn gedaan de laatste jaren. Merkhouders en ketens zullen niet alle mooie woorden en principes overboord zetten nu de sector in crisis raakt. Meer verantwoord omgaan met mensen in productielanden, met grondstoffen en het milieu vormen een deel van de oplossing, niet van het probleem.
Partijen die nu naast of tegenover elkaar staan zullen wellicht zelfs tot nieuwe verregaande vormen van samenwerking moeten komen om te kunnen overleven en om genoeg omvang te kunnen houden om aan alle eisen te kunnen voldoen die aan een bedrijf in het post-corona tijdperk worden gesteld.
Naast het bevorderen van bovengenoemde afspraken in de sector en tussen marktpartijen, zullen we als brancheorganisatie een beroep blijven doen op steun van de overheid en andere ketenpartijen als verhuurders, banken, kredietverzekeraars en retailservice organisaties. Er is in de afgelopen weken al veel bereikt, we kunnen slechts hopen dat het voldoende is en daar waar we nog leemtes zien in de steun aan bedrijven, deze hulp bieden. Waarbij we nogmaals willen benadrukken dat alleen een volledig en op elkaar afgestemd pakket (nood)maatregelen zal werken en niet één wet.
Graag tot donderdag 14.00 in onze wekelijkse webmeeting!
Het Modint-team
Het laatste nieuws
Nieuwsbrief Tapijt december 2024
'Wij waren een van de eersten die online functies in de tapijtindustrie ontwikkelden' - 12 december 2024
Sectorgids circulair textiel gepubliceerd
Op woensdag 11 november is de Sectorgids circulair textiel van Rijksdienst van Ondernemend Nederland gepubliceerd. Deze gids bevat onder meer 115 Nederlandse textielorganisaties als showcase. Als Modint...
Maak van verduurzamen een succesvol businessmodel
Gisteren overhandigde voorzitter Sylvia Roelofs, samen met bestuurslid Marie-Jose Vermin (10DAYS), onze sectorboodschap aan minister Dirk Beljaarts. Dit was tijdens de OndernemersTop, waar zo’n 230...